Monday, August 3, 2020

Dag 3 - Feldinghutte

Water, water, water en dan nog meer water. Dat is precies wat eruit de lucht kwam afgelopen nacht. Maar wat wil het toeval, precies, dat we gisteravond al een voorbode hadden van de bonte avond. En dan gebied de eerlijkheid te zeggen dat zo’n zeiknat nachtje toch behoorlijk aan je aandacht voorbij trekt. Behalve dan voor de twee jonge Boendertjes die het grondzeil wat te ver aan de buitenkant van hun tent hadden zitten. Ze werden wakker met een klein zwembad in hun voortent. Gevolg was dat Cas zijn tas zo’n vier liter water had geabsorbeerd, waardoor al zijn kleding tot in elke naad en laatste vezel verzadigd met water was. Wat volgde was oorlogsvoering bij de droogtrommel van de camping. Wacht houden, timers zetten, Checkpoint Charlie ingericht. Vergeet het maar, diepgewortelde Nazi’s wisten het voor elkaar te krijgen om met nachtkijkers nieuwe was in de droogtrommel te frotten. Dat was de druppel (letterlijk) voor Cas die besloot de camping te bewaken en full armed ten strijde te trekken indien nodig. Was achter af niet nodig, maar goed wel een fijn gevoel dat iemand ons terrein bewaakt.
Enfin, de regen had het op een gegeven moment ook wel gezien en besloot wat andere delen van Oostenrijk te zieken. Het werd dus droger. Reden genoeg om tijdens het staande ontbijt toch de knuppel in het hoenderhok te gooien en waardige tocht voor te stellen zo een, zoals Uriallers eigenlijk zijn geschapen. Dus werden de voorbereidingen getroffen, terwijl niemand voorbereid was. Dat was een mooi tafereel, niemand was in paniek maar toch zat iedereen vol adrenaline. Bam. bam, bam gear in de auto’s, ook die van Dries und gehen! Rechtstreeks naar een ski-parkplatz op hoogte (lekker hoor) en klaar voor de hike. Vergeet het maar; uber Urialler Dries was onderweg uit de een van de auto’s gevallen of… niet ingestapt. Ja hoor, Dries (aka Gries) moest zonodig met de blonde milf van de receptie het een en ander regelen. Chauffeur Boender die z’n telgen niet goed had geteld, slingerde z’n turbo aan en haalde op A-Team achtige manier de in de steek gelaten jager op.
Top had inmiddels de kaart in z’n geheugen gegraveerd, waarna de tocht kon beginnen. Wel laat, 11.30, maar ja beter een middagtoch dan geen tocht!


Weldra begon het regenen, en al aldus geschiedde; de Siggie paraplu van Top werd van stal gehaald. Eenvoud en gemak dat is wat een Urialler nastreeft. Doe je er voordeel mee beste bloglezer want meer tips worden niet gegeven. Nooit meer.


Als een zuivere mierentrits stegen de Uirallers gestaag. Weinig tekst veel overpeinzingen. Dat zijn de ware tochten, bebost, vochtig, dampig, blues. Maarrr, de regen hield het wel weer voor gezien. Neeneenee geen zon ofzo maar wel een lichtpuntje waardoor langzaam maar zeker de interessante gesprekken weer op gang kwamen. Gesprekken over de zin des levens en social media en game rooms.


Gijs, zowel erg jong edoch meer dan de helft van de Urial edities present, accelereerde zijn tempo. Rik, ook niet voor de duvel niet perse bang, deed een poging Gijs bij te halen. Moedig dat zeker, maar verre van realistisch.


Eenmaal boven, moest Boender zijn euforie bijstellen. De parasol werd aangezien voor een vlag. Enthousiasme, zoals ook kleine, lange Boender. Het biertje werd snel besteld en weldra kwam ook het peloton Uriallers binnen. Nou prima hut, sterker nog een prima hut, ja gewoon een prima hut. Zeker omdat de Fraulein des Huute best ok was. Aardig, service gericht en volgens enige Uriallers ook geschikt als P.A.
Achterkleinneef Mathias verzorgde als een volleerd knoorknaapje de bestelde Stiegls en zijn oudtante had wel een goede idee over hoe 9 hongerige Uriallers moeten worden voorzien in hun dagelijkse quotum aan vlees en ander vettige benodigheden. En ja hoor heel veel beter hebben we eigenlijk niet meegemaakt. Tuurlijk ook de ambiance deed het nodige (houtkacheltje, wc met uitzicht op de houtstek, uithangwasellende en dat soort geneugdigdheden). Het peloton bestaande uit 9 man was inmiddels aan de schrans en goedkeurende geluiden vulde de inmiddels met musk gevulde ruimte met bronstige Uriallers. Het feest werd nog groter toen het duo Gries en Fugazzi zorgde voor de ultieme zompige mannenlucht. Toeval bestaat natuurlijk niet, zodat het onvermijdelijke geschiedde, er kwamen drie enigszins schichtige (min of meer) milfjes ons vertrek binnen. Met hunkerende blikken werden de begeerlijke Uriallers tot halfgoden vereerd. Logisch ook gezien de vulgaire aura’s die er rondwaarde. Nadat Top nog een schepje erboven deed door in Hoog Duits interessante (maar ook) suggestieve vragen te stellen, vertrok de stierenmenschen richting het tweede deel van de tocht. De milfjes volledig als hunkerende groupies achterlatend.
Eenmaal aangekomen bij de parkplatz, werden de plannen duidelijk. De troepen werden verdeeld en het eten werd geregeld en zo geschiedde het.
Wat daarna volgde was een waar episch schouwspel, wat een eenvoudige pasta leek, ontpopte zich in een culinaire kwaliteitsexplosie. In briquettes gestookte en gegaarde groente met spicy worst die onder beheer van Fugazzi tot een hemelse saus werd afgeleverd, inclusief gehakt en perfect beetgare pasta.
Wat daarna volgde was een hause aan quotes die waarvan Mill de legendarische woorden sprak, “Daarna wel ja”. De context van deze quote is alleen bekend onder de Uriallers die deze hemelse avond hebben bijgewoond.
Hoogtepunt voor Guzmo van Cas waren de marshmallows boven de kooltjes. Gulzige Mill kon de verleiding van dit lekkernij niet weerstaan en heeft z’n achterstallige suikervoorraad van de afgelopen 5 jaar weer netjes aangevuld.
Na de roetige afwas is het Urial team onder het genot van wat sterke versnaperingen Dries aan het helpen om uit te vogelen welk desertachtig zuiveltoetje door niemand goed uitgesproken wordt behalve door hemzelf. Vanacht naakt over de camping als ie het weet. Morgen de uitslag! 






No comments:

Post a Comment